Griekenland 2019
Dag 1 – Boxtel – Idstein 19 april 327 km
Na een ellendig half jaar, waarna Dick gelukkig genezen is verklaard van keelkanker, kunnen we toch 6 weken op vakantie. De bestemming is Griekenland en omdat alle boten van Italië naar Griekenland volgeboekt zijn voor Camping on Board, besluiten we te gaan rijden via de Balkanlanden. We gaan het rustig aan doen. Omdat we een aantal jaar geleden via de kust van Griekenland naar huis zijn gereden, gaan we nu dwars door het binnenland van Bosnië, Montenegro en Albanië. Door Duitsland en Oostenrijk nemen we de autobaan om lekker op te schieten. Het is Goede Vrijdag en we verwachten veel drukte op de weg, maar gelukkig valt dit best mee. Wat kleine omleidingen, maar geen vrachtverkeer, dat scheelt veel. Rond 13.00 uur vinden we het genoeg en rijden naar de camperplaats van Idstein, om de hele middag te kunnen genieten van het mooie weer. Omdat we vroeg zijn, hebben we een van de mooiste plekjes op een hoek met een mooi grasveldje voor Max, onze blinde kat, die ook weer mee mag. Eerst lekker buiten eten en daarna wandelen we naar de Altstadt van Idstein, ongeveer 10 minuten. Het centrum is net een klein openluchtmuseum met talloze vakwerkhuizen in de smalle straatjes en met leuke pleintjes met fonteinen. Iets hoger ligt het kasteel met de Heksenturm. In een van de mooiste vakwerkhuizen zit het VVV waar we moeten betalen voor de camperplaats, €10,00. De vriendelijke dame voorziet ons van informatie over een stadswandeling langs de monumenten en wandelingen in de omgeving. We wandelen door de mooie straatjes en nemen daarna een lekker drankje op een van de terrasjes. Het is een gezellige drukte vanwege het mooie weer. Daarna weer terug naar de camper. Dick gaat lekker buiten zitten en ik maak nog een wandeling door de mooie omgeving. Er zijn diverse wandeltochten mogelijk variërend van een half uur tot 3 uur. Ik maak een wandeling van een uur door het mooie landschap met heuvels, bossen en beekjes.
Dag 2 – Idstein – Berching 20 april 332km
Het was koud vannacht, maar de zon schijnt al weer en het warmt langzamerhand op. Na koffie en ontbijt rijden we zuidwaarts over de autobaan. Het is iets drukker vandaag door het vrachtverkeer, maar het gaat voorspoedig. Rond 14.00 uur komen we aan op de camperplaats van Berching, gelegen bij de kiosk en aanlegsteiger aan het Main-Donau-kanaal. We vinden weer een mooi plekje, dat is het voordeel als je vroeg aankomt. Eerst lekker buiten zitten en daarna een korte wandeling langs het kanaal naar het vlakbij gelegen centrum, wat helemaal ommuurd is met diverse torens. Een deel van de stadsmuur is te bewandelen. In het centrum staan mooie gerestaureerde oude huizen en diverse terrasjes en restaurantjes. We eten een heerlijke ijssorbet op het terrasje bij de Italiaan. Daarna langs de stadsmuur en het riviertje de Sulz weer terug langs het kanaal naar de camperplaats. Overal zien we mooie bloeiende bomen, een prachtig gezicht. De rest van de dag lekker buiten zitten en genieten van het mooie weer.
Dag 3 -Berching – Rennweg am Katschberg 21 april 380 km
Vandaag weer autobaan, niet leuk, maar we komen immers niet voor Duitsland of Oostenrijk, maar we proberen zo snel mogelijk in Slovenië te komen. Bij Salzburg kopen we een Autobahnvignet voor € 9,20. Het is redelijk rustig op de weg nu met Pasen. Rond 14.00 uur vinden we het al weer genoeg en net na de Tauerntunnel en de Katschbergtunnel (€ 12,00) gaan we naar camping Ramsbacher in Gries, dorpsdeel van Rennweg am Katschberg. Hier in het dal van de Lieser liggen kleine boerendorpjes omringd door hoge bergen waar op de toppen nog sneeuw ligt. Dick blijft lekker uitrusten in het zonnetje en ik maak twee mooie wandelingen. Eerst naar het hoger gelegen St. Peter met zijn mooie witte kerkje en oude boerderijen. Daarna via een hele steile klim vanaf de camping naar een hooggelegen wandelpad met prachtig uitzicht over het dal en de bergen. Boven het dorp Oberdorf gaat een pad naar beneden langs historische zuilen die de kruisiging van Jezus uitbeelden, de Kalvarienberg. Heel toepasselijk nu in het Paasweekend. Ook Oberdorf is een boerendorp met mooie boerderijen. Van Oberdorf terug naar Gries naar de camping. We hadden gehoopt uit eten te gaan vanavond, maar het restaurant van de camping is gesloten en het restaurant in het dorp is er niet meer. Helaas. Gelukkig hebben we nog genoeg bij ons.
Dag 4 Rennweg am Katschberg – Tolmin 22 april 173 km
Wat was het koud vannacht! Later blijkt dat we op 1100 meter hoogte zaten! Maar de zon schijnt weer en we gaan na de nodige schoonmaak-karweitjes en het laden en lossen, op weg naar Slovenië. We willen na Oostenrijk voorlopig geen autobaan meer zien, dus zoeken we een mooie weg binnendoor. Volgens internet ligt er sneeuw op de Vrsica-pas en omdat we dan 50 haarspeldbochten moeten nemen, willen we liever geen risico nemen. Daarom nemen we de Predil-pas, waarvoor we een klein stukje door Italië moeten, via Tarvisio. Een mooie route met onderweg een prachtig meertje (fotostop!), watervallen en uitzicht op de hoge, besneeuwde toppen van het Triglav Nationaal Park in Slovenië. Een prachtig natuurpark waar de rivier de Soca doorheen stroomt, zeer geliefd bij kajakkers en rafters. Bovec en Kobarid (al eerder geweest) zijn leuke vakantieplaatsen, maar wij kiezen voor het verder gelegen Tolmin, camping Siber. Een leuke kleine camping, waar we gastvrij worden ontvangen met veel informatie. Eerst eens lekker buiten zitten en daarna maak ik de 2 km lange wandeling naar de Tolminska Korita, een prachtige kloof (toegang € 5,00). Er zijn diverse uitzichtpunten, te bereiken via heel veel trappen en wandelpaden door de kloof zelf. Een mooi stukje natuur! Terug naar de camping, alles bij elkaar 2 1/2 uur nodig voor deze pittige, maar mooie wandeling.
Dag 5 Tolmin – Selce 23 april 191 km
Het heeft gegoten vannacht en ook vanochtend is het zwaar bewolkt en miezerig. We rijden vandaag ook weer binnendoor via het prachtige groene berglandschap van Slovenië langs het riviertje de Idrijca tot aan Postojna, bekend vanwege zijn prachtige grotten. Die hebben we jaren geleden al bezocht, de moeite waard. We rijden verder naar de Kroatische grens en via Rijeka komen we op de kustweg en kiezen voor camping Selce in het gelijknamige dorp. Het is niet druk, zodat we een mooi plekje aan zee vinden met uitzicht op het kleine haventje en het eiland Krk in de verte. Jammer van het weer, het regent nog steeds. Later in de middag toch maar de jassen en paraplu’s gepakt en langs het mooie wandelpad langs de zee naar het dorp gelopen. Langs de route overal terrasjes en restaurantjes, waar nu niets te doen is, maar ‘s zomers zal het er echt gezellig zijn. Er zijn geen stranden, maar overal betonnen platforms om op te zonnen. Ook in het dorp is het stil, dus lopen we weer terug naar de camping. Als het mooi weer was geweest, hadden we hier nog een dag extra gebleven.
Dag 6 Selce – Jajce 24 april 303 km
We rijden tot Senj via de mooie kustweg met uitzicht op Krk en gelukkig klaart het weer iets op. Daarna het binnenland in via een 800 meter hoge pas. Daarna wordt het iets vlakker met af en toe een dorpje. Langs de weg veel kraampjes waar honing en kaas wordt verkocht. Overal kleine boomgaarden, waarvan de bomen nu mooi in bloei staan. Dit is ook de weg naar Plitvice, het nationaal park met de vele meren die in elkaar overlopen via talloze watervallen. Hier waren we in 2004 al en dat was schitterend! Nu rijden we verder naar de Bosnische grens waar we ons rot schrikken omdat er een bord hangt dat er geen vlees, melk en kaas de grens over mag. En we hebben nogal wat in de koelkast/diepvries. Maar er wordt alleen maar naar de paspoorten gekeken en verder niets, gelukkig. Het eerste stuk in Bosnië-Hercegovina gaat door de stad Bihac en een aantal dorpjes, waar we ook de eerste moskeeën zien, maar ook kerkjes. Het land kent 3 godsdiensten, Katholiek, Orthodox en Islamitisch. De huizen zien er goed uit, vele zijn echter nog niet af, maar worden wel al bewoond. De tuinen worden goed verzorgd. Veel huizen hebben een stukje grond waar groente verbouwd wordt en een aantal fruitbomen. Daarna volgt een saaier deel over een soort plateau met veel alleenstaande huizen, grasvlaktes met schapen en akkers. De weg is een tweebaansweg (in goede staat), waar vele snelheidsbeperkingen gelden. Daar kun je je ook beter aan houden, want we hebben onderweg 5 controles gezien. Maar we worden iedere keer netjes gewaarschuwd met lichtsignalen. 50 km voor Jajce wordt het landschap een stuk interessanter. De bergen worden hoger en zijn begroeid met dichte bossen. Veel riviertjes en meertjes. We overnachten op de camperplaats in Jajce, naast een hostel. We worden vriendelijk ontvangen en men verontschuldigt zich voor de verbouwing die nu gaande is. Een tiental harde werkers is bezig een mooie nieuwe camperplaats aan te leggen. Het is een inderdaad een rotzooi en lawaai, maar ach dat maakt niet uit. We kunnen lekker buiten zitten op de net gelegde graszoden. Later wandelen we de 500 meter naar het centrum. Jajce is een leuk stadje met heel veel restaurantjes en cafeetjes, heeft een oud centrum met smalle straatjes die omhoog lopen naar de oude burcht. Ook zijn de stadsmuren en enkele poorten bewaard gebleven. Maar de grote attractie is de 17 meter hoge waterval, heel mooi. Na een rondwandeling lopen we terug naar de camperplaats en doen boodschappen bij de megasupermarkt Bingo, die ernaast ligt. ‘s Avonds lopen we terug om uit eten te gaan. Het is nog warm genoeg om buiten te eten, dus genieten we op een terras van forel voor Dick en cevapcici voor mij, samen met wijn en bier voor slechts € 13,50. Op de weg terug nog ergens ijs voor €1,00 gehaald.
Dag 7 Jajce – Sarajevo 25 april 194 km
We rijden nog even 5 km terug naar het punt waar de rivier de Pliva enkele meertjes vormt. Bij de watervalletjes die de meertjes verbinden, staan 18 Middeleeuwse houten watermolentjes, die gebruikt werden om graan te malen. Er zijn bruggetjes en loopplanken gemaakt om de molentjes van dichtbij te kunnen bekijken. Een heel mooi plekje met uitzicht op het meer. Daarna rijden we de 175 km naar Sarajevo, waarvan de eerste 80 km door een prachtig groen berglandschap. Net zoals gisteren komen we door een stukje Servische Republiek, dit hoort wel bij Bosnië, maar is Orthodox en kent het Cyrillische schrift. Bordjes zijn dan ook niet te lezen. Voor en in Sarajevo zien we toch nog veel gebouwen met schietgaten en verwoestingen, waar sinds de oorlog van begin jaren 90, niets aan gedaan is. Er hebben zich in dit deel van het land verschrikkelijke dingen afgespeeld, zoals we een paar jaar geleden al gezien hebben in Mostar. We rijden door de buitenwijken van de hoofdstad, die bestaan uit hoge saaie flats, maar de heuvels rondom staan vol gebouwd met gewone huizen. Camping Oaza ligt in een van de buitenwijken, maar lijkt op een park met veel gras en bomen. ‘s Middags nemen we voor €10,00 een taxi naar het centrum. Het centrale plein, Pigeon-square, dankt zijn naam aan de vele duiven die rondom de fontein rondscharrelen. Overal terrasjes die vol zitten met dit mooie weer. Om het plein vind je de bazaar met vele straatjes met kleine winkeltjes, waar voornamelijk koperwerk, zilverwerk, leer en goud en zilver wordt verkocht. Daar tussenin enkele mooie moskeeën. De stad is in de 16e eeuw gesticht door de Ottomanen en dit is nog een herinnering daaraan. Vlakbij ligt de Latijnse brug, waar aartshertog Franz Ferdinand werd doodgeschoten in 1914, wat de aanleiding was tot de 1e wereldoorlog. Verder is Sarajevo een moderne stad met veel winkels en restaurantjes en cafeetjes. Leuk uitstapje is om met de kabelbaan naar het uitzichtpunt hoog boven de stad te gaan, waar zich de bobsleebaan bevindt van de Olympische Spelen. Verder is ook het Tunnelmuseum interessant, waar je alles te weten kunt komen over de oorlog van de jaren 90. We hebben niet genoeg tijd voor dit alles en nemen weer een taxi terug naar de camping. Ik loop ‘s avonds nog even naar het 500 meter verderop gelegen park, een enorm park waar zich enkele mooie hotels, restaurantjes en terrasjes bevinden en waar het ‘s avonds altijd druk is. In het park zijn ook nog oude grafmonumenten te zien, de stecci.
Dag 8 Sarajevo – Podgorica 26 april 277 km
Nog even alles lossen en laden en dan vertrekken we richting Montenegro. Vooral het eerste stuk is erg mooi qua natuurschoon. Daarna wordt de weg wat slechter en ligt er veel vuil langs de weg. De laatste 20 km naar de grens is de weg verschrikkelijk, allemaal gaten en hobbels in de weg. Je kan zien dat er soms aan gewerkt wordt, maar er is weinig activiteit te zien. Vlak voor de grens zien we beneden ons de schitterende Tara-kloof en voor ons de hoge toppen van het Durmitor-gebergte, een nationaal park. Waar de rivieren de Tara en de Piva samenstromen, ligt de grensovergang naar Montenegro, waar alles vlot afgehandeld wordt. We rijden zuidwaarts door de mooie Piva-kloof die hier een groot stuwmeer vormt. De weg gaat door tientallen tunneltjes. Wat is het mooi hier! We willen naar Zabljak en Tomtom stuurt ons naar een weggetje binnendoor. We twijfelen even, maar we hebben tenslotte de campereditie dus moet het wel goed zijn. Het smalle weggetje leidt door donkere tunnels steil omhoog de rotswand op met haarspeldbochten. Beneden ons de mooie Piva-kloof. Ik vind het best eng, maar gelukkig is Dick een ervaren chauffeur en rijdt met gemak over de kronkelige weggetjes door dit mooie landschap. Boven komen we in een hoogvlakte met hier en daar wat huisjes en sneeuw in de verte. Plotseling worden we staande gehouden door 2 jongelui op de fiets. Zij vertellen ons in goed Engels dat de weg verderop afgesloten is door hevige sneeuwval en dat we de hele smalle weg weer helemaal terug moeten. Helaas, niets aan te doen. Omdat er de komende dagen meer sneeuw verwacht wordt, wijzigen we de plannen en gaan we niet meer verder naar het Durmitor-park. We rijden verder naar Podgorica, de hoofdstad van Montenegro, waar net buiten de stad een camperplaats is. Omdat de stad er niet aantrekkelijk uit zag, besluiten we die over te slaan en lekker in de camper te blijven. De camperplaats ligt in een mooie kloof.
Dag 9 Podgorica – Shkoder 27 april 74 km
Het heeft geregend en geonweerd vannacht en als we wegrijden is het zwaar bewolkt. We rijden richting de grens langs het mooie Shkodër-meer, waarvan een gedeelte in Montenegro en een deel in Albanië ligt. Bij de grens gaat het redelijk snel en al gauw rijden we Albanië binnen. Helaas in de stromende regen met weinig zicht. Gelukkig is de weg prima en het is niet druk. Wat opvalt is dat er heel veel pompstations, hotels en restaurantjes langs de weg staan. Het gaat tegenwoordig best goed met Albanië en het toerisme neemt erg toe. Ook staan er mooie huizen langs de weg. We rijden naar camping Legjenda in Shkodër, de derde stad van Albanië. We moeten dwars door de stad en door het hectische verkeer. Iedereen zigzagt over de verschillende banen, voetgangers en fietsen steken zo over. Er wordt niet gekeken naar verkeersborden of voorrangsregels en er wordt overal dubbel geparkeerd. Het is dus uitkijken geblazen. Opvallend zijn de vele kleine winkeltjes in de hoofdstraten met allemaal dezelfde koopwaar. Hoe kunnen ze hiervan leven. Op de camping worden we heel gastvrij ontvangen en krijgen veel informatie. Het is een leuke kleine familiecamping met overal pergola’s waartegen druiven en kiwi-struiken groeien of mooie rozen. Ook is er een mooi zwembad en staan er kunstwerken, die de vader heeft gemaakt. Mooi uitzicht op de hooggelegen Rozafa-burcht. Gelukkig komt ‘s middags de zon weer tevoorschijn en wandelen we naar het centrum, toch zo’n 4 km. We pinnen geld, bekijken het centrum met zijn mooie moskeeën, parkjes en heel veel gezellige terrasjes, cafeetjes en restaurantjes en drinken wat. Terug nemen we een taxi voor € 4,00. Opvallend is dat de chauffeur geen fooi wil aannemen. ‘s Avonds eten we in het restaurant van de camping, helaas te koud om in de romantische tuin te eten met zijn bloemen, struiken en kunstwerken, maar binnen is het ook schitterend. Schilderingen op de muren en veel hout en smeedijzer. Dick eet zeebaars en ik filet stroganoff en met een glas wijn en bier kost dat slechts €19,00. Het was lekker en de bediening uiterst vriendelijk.
Dag 10 Shkodër – Orikum 28 april 234 km
Even lossen en laden, alles is perfect geregeld op deze leuke camping, en dan verder zuidwaarts richting Vlorë. Onderweg in verschillende stadjes weer het chaotische verkeer, gevaarlijk inhalen, afsnijden, tegen het verkeer in rijden. Het is goed uitkijken. Het landschap onderweg is niet zo interessant. Vlorë is een grote stad aan zee met prachtige zandstranden, een leuke boulevard en heel veel terrasjes en restaurantjes. Het is er erg druk, het is zondag en mooi weer. Ten zuiden van Vlorë wordt ook veel gebouwd, appartementen, restaurants. Bij sommige eettentjes zijn kleine campings. Wij kiezen voor camping Beach Baro bij Orikum, mooi gelegen aan zee met 12 plaatsen. Er is een strand, maar verder is er niet zo veel te doen in de omgeving. Dat maakt niet uit, want we genieten lekker van de zon en het mooie uitzicht. ‘s Avonds eten we bij het eettentje van de camping, waar ze slechts 1 menu serveren, vis, frites en salade, maar wat erg lekker en niet duur is. Samen met wijn en bier € 20,00.
Dag 11 Orikum – Plataria 29 april 197 km
Vandaag rijden we via de kustweg naar het zuiden van Albanië en door naar Griekenland. Deze weg hebben we een aantal jaar geleden ook gereden, alleen toen andersom. De weg gaat door een prachtig berglandschap naar de 1043 meter hoge Llogara-pas, gelegen in het gelijknamige Nationaal Park. Een uitgestrekt bosgebied met wolven, vossen, gemzen en roofvogels. Als we boven komen rijden we door een dichte mist, maar al dalend lost deze gelukkig geleidelijk op, zodat we een mooi zicht hebben op de weg met al zijn haarspeldbochten en de prachtige kust. De weg loopt door de bergen, telkens met mooie vergezichten en langs enkele mooie dorpjes. Vooral Vunoi is erg leuk, een heel klein dorpje met smalle steile straatjes waar nog ezels gebruikt wordt voor het vervoer van goederen en mensen. Omdat we de vorige reis (zie reis 2014) Himarë, Ksamil en Butrinth al hebben bezocht, rijden we nu meteen door naar de grens. Bij de Albanese grens moeten we de camper naar de garage rijden en worden alle kastjes, luiken en motorkap onderzocht op verboden waar. Het is een erg leuke man, hij doet ook maar zijn werk. Dan rijden we de file in bij de Griekse grens en hier kunnen we zien dat het woord chaos van Griekse afkomst is. Er is totaal geen orde, slechts 1 loketje open voor inkomend en uitgaand verkeer. Mensen komen van achter uit de rij al hun paspoorten laten zien en proberen dan de rij voorbij te rijden, zodat het tegemoet komend verkeer er niet meer door kan en iedereen toetert en schreeuwt. Al met al zijn we anderhalf uur bezig geweest hier. Daarna rijden we via Igoumenitsa naar Plataria. Jaren geleden hebben we hier langs de weg overnacht, maar dat mag nu helaas niet meer. We gaan ook geen risico nemen en rijden door naar camping Nautilos, 2 km verderop in Thesprotia. We krijgen een mooi plekje aan zee en genieten ‘s avonds van een prachtige zonsondergang.
Dag 12 Plataria – Ioannina 30 april 109 km
Het regent helaas. We rijden terug naar Igoumenitsa om daar te pinnen en de nodige boodschappen te doen bij de Lidl. Op het bonnetje zien we dat over de gewone boodschappen 13% BTW berekend wordt en over de luxe artikelen zoals koek, chips en wijn 24% BTW. Gelukkig is het weer droog geworden en breekt de zon door. Daarna nemen we de weg binnendoor naar Ioannina, door een prachtig berglandschap en via 2 kleine passen. De natuur is nu prachtig, alles is al groen en de brem bloeit. Koeien lopen los in de bergen, dus uitkijken. In Ioannina gaan we naar camping Limnopoula, waar we al 2 keer eerder waren, gelegen aan een meer met prachtig uitzicht. De middag gebruiken we om lekker in de zon te relaxen, te lezen, te puzzelen en te kijken naar de kanovaarders op het meer. ‘s Avonds lopen we de 2 km naar de stad waar bij de oude stadsmuren diverse straatjes zijn met allemaal restaurantjes, terrasjes en winkeltjes. Heel gezellig. We gaan eten op een terrasje, het is nog lekker warm in de zon en we nemen moussaka en Griekse salade. Heerlijk om weer terug te zijn in Griekenland, een van onze favoriete landen. De vorige keer hebben we de andere bezienswaardigheden al bekeken. Binnen de stadsmuren bevindt zich de mooi gerestaureerde Ottomaanse wijk met enkele moskeeën, een koranschool, een museum, een mausoleum en graven. Ioannina is tot 1912 Turks bezit geweest.
Dag 13 Ioannina – Molos 1 mei 276 km
We proberen vandaag zo ver mogelijk naar het oosten te komen. Het eerste stuk gaat langs de noordkant van het meer met prachtig uitzicht over Ioannina en de besneeuwde bergtoppen daarachter. Daarna door een mooi berglandschap richting Metsovo. Vlak voor Metsovo begint de nieuwe autobaan en omdat we de bergroute binnendoor al eerder hebben gereden en het mooie bergdorp Metsovo hebben bezocht, nemen we nu de autobaan om sneller op te schieten. Ook Kalambaka hebben we al heel veel keer bezocht en rijden we dit unieke plekje nu voorbij. Het blijft mooi, die loodrechte rotsen met de kloosters er bovenop. Verderop nemen we ook weer de autobaan (totaal € 20,00 vandaag) en overnachten op de camperplaats van Molos, een leuk plekje aan zee bij een restaurantje. Als we aankomen is het erg druk en blijkt dat de locale bevolking lekker aan het eten is, er een orkestje speelt en iedereen in een kring een Griekse dans doet. Wat leuk om mee te maken! We drinken wat op het terras om dit alles rustig te bekijken. De muziek is melancholiek, doet een beetje Turks aan en gaat op den duur wel een beetje vervelen. Gelukkig duurt dit niet de hele avond zodat we vanaf 20.00 uur rust hebben en kunnen genieten van het mooie uitzicht op de andere kant van de baai, helemaal mooi als het donker wordt en de lichtjes aan gaan in de dorpjes.
Dag 14 Molos – Eretria 2 mei 171 km
We willen een paar dagen naar het eiland Evia/Euboea, waar we nog nooit geweest zijn. Het is het tweede grootste eiland van Griekenland, na Kreta. In Arkitsa nemen we de veerpont, die ons voor € 31,20 naar de overkant brengt, in ongeveer een half uur. In Arkitsa halen we even vers brood en rijden dan via de mooie kustweg naar het zuiden. De bedoeling is om op een camping in Rovies te overnachten, maar deze is nog gesloten. Dan maar een stuk verder rijden. Er is maar 1 weg naar het zuiden, door het bergachtige binnenland. Maar wat een prachtige route. De weg gaat al slingerend de bergen in, langs riviertjes en door bossen. Dan langzamerhand naar beneden naar de drukke stad Chalkida, waar zich de enige brug bevindt, die het eiland met het vasteland verbindt. Verderop ligt Eretria, waar we gaan overnachten op camping Milos. Veel vaste Griekse gasten, maar die zijn er nu niet, dus is het heerlijk rustig. De camping ligt aan zee, met een smal strand, maar er is ook een mooi zwembad. De rest van de middag buiten genieten van het mooie weer.
Dag 15 Eretria 3 mei
We blijven hier nog een dag. We hebben een mooi plekje en het is mooi weer. Om 08.15 uur horen we ineens een lawaai van straaljagers. Een formatie van 8 vliegtuigen haalt gedurende een half uur allerlei capriolen uit boven zee, soms ook met rood, wit, blauwe rook. Leuk om te zien. Eind van de ochtend lopen we naar Eretria, wat 2 km verderop ligt. Een toeristisch dorp met een lange boulevard met allemaal restaurantjes, cafeetjes en terrasjes. Heel gezellig. Verder zijn er nog opgravingen te bezoeken, een antiek theater en Romeinse baden en er is ook een archeologisch museum. We zoeken een restaurantje uit en als we het menu staan te bekijken en zeggen dat we uit Holland komen, wordt er vlug het Nederlandse tijdschrift Mediterranée gehaald, waar dit restaurant Romeo in genoemd staat en geprezen wordt vanwege het lekkere eten. Nou, dat moeten we dan maar uitproberen. Dick neemt een moussaka en ik een bord met allemaal kleine, Griekse gerechtjes. Het smaakt inderdaad erg lekker. Tijdens het eten, krijgen we weer een vliegshow te zien. Volgens de serveerster zijn het Franse straaljagers en aan de kleuren van de rook te zien, zou dat best eens kunnen. We krijgen nog een toetje van het huis en wandelen daarna nog even door het dorp. De rest van de middag lekker buiten zitten en ik ga zwemmen in het mooie zwembad, wat ik helemaal voor mezelf heb.
Dag 16 Eretria – Nafplio 4 mei 231 km
Bewolking en regen helaas. Daarom besluiten we om niet nog verder naar het zuiden van Evia te rijden. We rijden via Chalkida over de grote brug die het vaste land met Evia verbindt en dan nemen we het eerste gedeelte autobaan om langs Athene te komen. Daarna toch maar de kustweg, die wel wat slechter is, maar interessanter. We stoppen nog even bij het kanaal van Korinthe, wat we al talloze keren hebben gezien, maar blijft toch mooi. Dan zijn we op de Peloponnesos en rijden binnendoor naar Nafplio. De weg is redelijk, maar je moet een stuk of 12 keer de oude spoorlijn passeren met zijn hobbels. De stopborden en stoplichten staan er nog steeds, hoewel er al jaren geen trein meer rijdt. Dit gedeelte is prachtig met zijn sinaasappelbomen, die nu in bloei staan en waarvan de heerlijke geur de camper binnenkomt. Verder olijfbomen, bomen met abrikozen, citroenen en perziken. Overal bijenkasten, de honing wordt in kraampjes langs de weg verkocht, evenals de sinaasappels en de olijfolie. Vroeg in de middag komen we aan in Nafplio, waar we ook al zo vaak geweest zijn, maar dat we allebei een leuk stadje vinden. Boven het stadje ligt de Palamidi-vesting en in zee de Burtzi-vesting. We overnachten op de parkeerplaats naast de jachthaven, waar net een 5 daagse Motor- en zeiljachtenshow is. Naast ons ligt voor miljoenen aan luxe jachten. Het weer is inmiddels opgeklaard en we wandelen naar het centrum, drinken wat op het mooie hoofdplein en bekijken de leuke smalle straatjes met vele winkeltjes en restaurantjes. De straatjes zijn mooi begroeid met rode bougainville. Daarna een wandeling om de rotspunt met mooie bloemen, planten en vele cactussen. We eten vandaag in de camper en bekijken van hieruit de drukte in de haven. Als het donker wordt, zijn de boten mooi verlicht en ook de vesting boven de stad.
Dag 17 Nafplio – Plaka 5 mei 83 km
We rijden vandaag de kustweg naar het zuiden, maar stoppen eerst nog even bij de vismarkt van Nea Kios. In het haventje liggen tientallen vissersbootjes en vanuit de kraampjes die ervoor staan, wordt de vers gevangen vis verkocht. Altijd leuk om te zien. Daarna gaat de weg hoog boven de kust met mooie uitzichtpunten. Opvallend zijn de vele nieuwe kerken en kerkjes en de mooie huizen in de dorpen. Overal staan vuilcontainers langs de weg en daarom is het overal schoon, een heel verschil met de rest van Griekenland, waar veel vuil langs de weg ligt. Onderweg zien we veel viskwekerijen en nog enkele oude Griekse molentjes. Mooie baaien met stranden en overal veel bloemen. Vlak voor Leonidio stuurt Tomtom ons een smalle weg op door enkele kleine dorpjes, waar we maar net doorheen kunnen. Dan houdt de weg op en blijkt dat we over keien door een rivierbedding moeten. Eng, maar het gaat goed en er staat geen water in de rivier. Dan nog enkele smalle straatjes tot de camping. Later blijkt dat er een veel betere weg is, maar ja, het is goed gegaan. We vinden een mooi plekje op camping Semeli, omgeven door bloeiende sinaasappelboompjes, oleanders, olijfboompjes en trompetbloemen. Heerlijk hier. We lopen naar het vlakbij gelegen dorpje Plaka, wat bestaat uit een haventje, een paar restaurantjes en winkeltjes en wat huizen. We lunchen bij Margaret & Michael, een echt Grieks familierestaurantje. Dick neemt zeebaars, ik gevulde aubergines, het smaakt prima. De rest van de middag lekker buiten zitten en ik maak nog een mooie strandwandeling, er is een uitgestrekt zand/grindstrand. Zo vroeg in het seizoen is het helaas te koud om te zwemmen.
Dag 18 Plaka – Gythion 6 mei 82 km
Nog even lossen en laden voordat we aan de prachtige rit beginnen door de bergen. We passeren het vlakbij gelegen Leonidio, mooi gelegen aan de voet van hoge, steile rotsformaties. Daarna gaat het via een smalle weg verder het Parnonas-gebergte in, langs hoge rotsen en de mooie Dafnon-kloof. Helaas bloeien de oleanders nog niet, maar jaren eerder toen we hier ook waren, was het één zee van roze oleanders. Wel zijn er nu andere mooie bloeiende planten en bloemen. Hoog tegen de rotsen gelegen ligt het mooie Elena-klooster, ongelooflijk hoe dit gebouwd kon worden vroeger. Op 1140 meter hoogte ligt het bergdorp Kosmas, waar we maar net door de smalle straatjes heen kunnen. Een leuk dorpje met een gezellig plein met terrasjes en oude platanen. Daarna volgt een gedeelte met veel dennenbossen en langzamerhand dalen we af naar de kust, waar we gaan overnachten op de gratis camperplaats Dimitrios bij een restaurantje en bij een oud, verroest scheepswrak. Een prachtig stukje kust hier. In de verte kun je Gythion zien liggen. Ik maak nog een strandwandeling naar het wrak.
Dag 19 Gythion – Stoupa 7 mei 72 km
We doen nog even boodschappen in Gythion. Dit is een leuk stadje, maar ook daar waren we al een paar keer. Dan gaat de rit door het bergachtige binnenland naar de westkust van deze landtong, genaamd Mani. Het zuiden kent nog de dorpjes met de woontorens, die vroeger dienden als verdediging tegen vijanden, maar ze waren ook een soort statussymbool. De machtigste families hadden de hoogste torens. De nieuwe huizen, hotels en appartementen die de laatste jaren gebouwd worden, worden ook in de stijl van deze woontorens gebouwd, in natuursteen en vaak met kantelen bovenop. Erg mooi. Goede voorbeelden hiervan zie je in Neo Itylo waar we met veel haarspeldbochten naar zee afdalen. Daarna gaat de weg weer naar boven, met schitterende vergezichten en prachtige natuur. Bloemen in allerlei kleuren, struiken in bolvorm met diverse kleuren, cactussen en veel olijfbomen. We passeren enkele bergdorpjes met smalle straatjes en een aantal oude Byzantijnse kerkjes. We overnachten op camping Kalogria in Stoupa, een toeristisch dorpje in een baai. ‘s Middags wandelen we langs de gezellige boulevard met allemaal restaurantjes en terrasjes en enkele winkeltjes. Helaas is het fris en windkracht 6/7 waardoor we de terrasjes maar overslaan. Later maak ik nog een wandeling naar de zuidkant van het dorp, waar je een mooi uitzicht hebt op een andere baai met in de verte het vissersdorpje Aghios Nikolaos, te bereiken via een mooi fiets/wandelpad.
Dag 20 Stoupa – Petalidi 8 mei 74 km
Na alles gelost en geladen te hebben, vertrekken we naar de linker landtong van de Peloponnesos, Messinia. Het eerste stuk gaat hoog de bergen in met eerst prachtig uitzicht op het mooie Kardimili en later enkele bergdorpjes. Ook hier weer prachtige natuur met bossen en veel bloemen. Daarna dalen we af naar Kalamata en rijden we verder door een streek met veel sinaasappelgaarden. Overal langs de weg staan kraampjes waar grote zakken sinaasappels worden verkocht. Dan door naar Petalidi, waar bij het haventje een gratis camperplaats is. Prachtig uitzicht op het dorp, het vissershaventje en aan de andere kant de middelste landtong van de Peloponnesos met de hoge bergen waar we vanmorgen vandaan kwamen. ‘s Middags lopen we naar het dorp en drinken wat op een terrasje aan zee met mooi uitzicht, wat hebben we het toch goed. In het centrum een leuk pleintje met allemaal restaurantjes en terrasjes. Het toeristenseizoen is hier nog niet begonnen, het is er erg stil.
Dag 21 Petalidi – Koroni 9 mei 25 km
Vroeg op en buiten koffie drinken en kijken hoe een paar kleine vissersbootjes terugkomen van het vissen. Ik loop even naar het haventje, waar net een kleine boot binnen is gekomen met 3 bemanningsleden, maar met slechts een halfvol kratje vis. We rijden vandaag slechts 25 km naar de camping in Koroni waar we een mooi plekje vinden in de zon, vlakbij het zwembad. Dat is het voordeel van vroeg aankomen, dan heb je nog volop keus. Nadeel op deze camping is, dat er veel zwerfkatten zijn, niet leuk voor Max. In de zon is het nu wel lekker, want de laatste dagen is het vrij fris met veel wind. Niet echt Grieks weer. ‘s Middags maak ik de rondwandeling langs de kust onder het kasteel en daarna de klim naar het kasteel via steile smalle straatjes of trapstraatjes. Er staan hele mooie huisjes met veel bloemen. Bovenop de rots restanten van het kasteel en een paar mooie kerkjes. Koroni is een gezellig stadje met een leuk vissershaventje en een kade met veel restaurantjes, waar we ‘s avonds uit eten gaan. We zijn een van de weinigen, het toeristenseizoen moet echt nog op gang komen hier.
Dag 22 Koroni – Gialova 10 mei 52 km
We gaan vandaag weer een stukje verder. Eerst een stukje bergachtig binnenland, daarna langs de kust met mooi zicht op enkele eilandjes en later het enorme kasteel van Methoni, een leuk plaatsje wat we al eerder bezochten. Daarna dwars door Pylos met zijn mooie centrale plein met terrasjes onder de enorme platanen. Ook daar waren we al eens. Er ligt een cruiseschip in de haven. Daarna rijden we naar camping Erodios in Gialova, een mooie, maar drukke camping waar iedereen dicht op elkaar staat. Ik maak ‘s middags een wandeling naar het mooie vlakbij gelegen natuurgebied met lagunes en de mooie Vojdokilia-baai. In de winter een geliefd oord voor vele soorten vogels, maar nu was er geen een. Ook de schildpadden lieten zich niet zien. De bedoeling was om naar de kasteelruïne te lopen, gelegen op de heuvel, maar het pad was afgesloten wegens gevaar. Het wandelpad langs de lagune, waar we 10 jaar geleden hebben gewandeld, was totaal niet onderhouden. Vlonders ingestort en het pad overwoekerd met stekelige struiken. Ik heb het toen maar opgegeven. Toch was de wandeling er naar toe de moeite waard vanwege de mooie bloemen en planten onderweg. Na 2 uur wandelen weer terug op de camping en lekker uitgerust.
Dag 23 Gialova – Dimitsana 11 mei 147 km
Het was een erg mooie camping, maar wel erg druk. Daarom gaan we gauw verder. Even geen zee meer, maar de bergen in. Het eerste stuk gaat nog wel langs zee tot aan Kyparissia, een landschap met veel olijfbomen en meloenvelden. Daarna het binnenland in tot Megalopolis en dan echt de bergen in. Prachtige groene beboste bergen, helaas ontsierd door 2 centrales met hun grote rookpluimen. Tomtom leidt ons een stuk via een wit weggetje, echt heel smal. Dat was niet de bedoeling, maar de borden zijn niet altijd leesbaar, soms alleen in het Grieks. Maar ondanks de smalle straatjes in de dorpen en de haarspeldbochten is dit een mooie route met mooie vergezichten en weer die bloeiende bremstruiken en andere bloemen in de bermen. Als we weer op de goede weg zitten, stijgen we langzamerhand naar Stemnitsa, een prachtig bergdorp, waar het passen en meten is in de nauwe straatjes. Gelukkig komen we geen vrachtwagens of bussen tegen. Tussen Stemnitsa en Dimitsana ligt diep beneden ons de Lousios-kloof, waar de gelijknamige rivier doorheen stroomt. Hier bevinden zich diverse mooie kloosters. We waren hier al eerder, erg mooi. Onze eindbestemming is Dimitsana waar we overnachten bij een restaurantje, 1,5 km buiten het dorp. We worden vriendelijk ontvangen door de familie en mogen gratis op de parkeerplaats staan. We eten eerst wat en wandelen daarna naar het dorp, een pittige klim van 1,5 km. Het centrum is gezellig met terrasjes en restaurantjes en een paar winkeltjes. De huizen zijn mooi gerestaureerd met natuursteen en via trapstraatjes kan je helemaal naar boven, waar ook een paar kerkjes staan. We drinken wat op een terrasje totdat er donkere wolken verschijnen en we vlug vertrekken, voordat het gaat regenen. De weg naar beneden gaat een stuk vlugger en net als we bij de camper zijn, begint het te regenen. ‘s Avonds gaan we eten in het restaurantje bij de aardige familie. Er is niet veel keus nu in het voorseizoen, maar het smaakt prima en het restaurantje heeft een grote glazen wand, waarbij je een prachtig uitzicht hebt op de bergen.
Dag 24 Dimitsana – Olympia 12 mei 80 km
Als we opstaan na een koude nacht, schijnt de zon weer en kunnen we weer genieten van het prachtige uitzicht vanaf deze camperplaats. We vervolgen onze tocht door het mooie berglandschap van Arcadië met zijn beboste hellingen en bermen vol met bloemen en veel gele bremstruiken. Het is een heel afwisselend landschap met dan weer naaldbomen, dan weer eiken, olijfbomen of eucalyptusbomen. Ook veel acacia’s met trossen witte bloemen. We passeren enkele mooie bergdorpjes met smalle straatjes, knap gebouwd tegen de berghellingen. We komen ook langs de Ladonas en de Erimanthos-rivier en enkele kleinere riviertjes. Rond de middag komen we aan op camping Diane midden in Olympia. We worden heel hartelijk ontvangen door een pittig, oud omaatje van 92 jaar, die helemaal in paniek raakt omdat haar zoons er even niet zijn. Dit wordt snel opgelost en we krijgen een mooi plekje. Lekker in de zon zitten en genieten van de vele vogelgeluiden. In de middag kijken we de Formule 1-race op het terras van de camping en in de avond wandelen we door het dorpje met zijn talloze souvenirwinkeltjes en restaurantjes. Altijd heel gezellig, we zijn er al zo vaak geweest. We eten op een terras moussaka, Griekse salade, saganaki en ijs. Een stuk duurder dan de afgelopen week, maar dit is dan ook Olympia. Het was in ieder geval erg lekker.
Dag 25 Olympia – Katakolon 13 mei 39 km
We nemen afscheid van de aardige familie en doen eerst boodschappen bij de Lidl in Pyrgos. Daarna rijden we naar Katakolon, een klein dorpje op een schiereiland met een klein haventje, waar cruiseschepen aanmeren. De kade waar we al enkele keren gestaan hebben, is nu verboden voor campers, maar we vinden een mooi plekje op het grote parkeerterrein, ook aan het water, waar we mooi zicht hebben op de jachten, vissersbootjes en het grote cruiseschip wat nu aangemeerd ligt. Het dorpje zelf stelt niet veel voor, een paar straatjes en een kade. Maar zodra er een cruiseschip in aantocht is, gaan alle winkeltjes en restaurantjes open, rijden er bussen af en aan die de passagiers naar Olympia brengt en staan er rijen taxi’s klaar. Ook enkele toeristentreintjes die een rondrit maken naar o.a. een wijnmuseum en naar het strand van Aghios Andreas. Verder stopt er een trein die naar Olympia gaat. Het is dan gezellig druk in het dorp en aan de kade. Maar zodra de boot vertrokken is sluiten de winkeltjes en blijven er maar een paar restaurantjes open. Vanuit de camper bekijken we al deze bedrijvigheid, het is beslist niet saai hier. ‘s Middags maak ik een wandeling naar boven naar een uitzichtpunt, het zijn wel 174 traptreden. Het is even afzien, maar het uitzichtpunt in de bossen, is erg mooi. Je kijkt neer op het dorpje met inmiddels 2 cruiseschepen. ‘s Avonds als ik net koffie ingeschonken heb, voelen we ineens een grote schok, de koffie klotst over de tafel en de grond, het is een lichte aardbeving. Er volgen nog enkele schokken. Blijkt in zee een aardbeving geweest te zijn 4.9 op de schaal van Richter. Deze komen hier vaker voor, we hebben het al eens eerder meegemaakt in Olympia.
Dag 26 Katakolon 14 mei
Omdat we zo’n mooi plekje hebben en er weer een cruiseschip in aantocht is, besluiten we hier te blijven. Vanaf het bankje voor de camper bekijken we de binnenkomst van een enorm cruiseschip, dat door een loods binnengebracht wordt in deze kleine haven. En al gauw is er weer een bedrijvigheid van bussen, taxi’s, treintjes en paardenkoetsen. Het dorpje stroomt vol met toeristen en de terrasjes zitten gezellig vol. Wij gaan ook op de kade lunchen op een leuk terras. Ze kennen hier echter wel de prijzen. Net zoals in Olympia is het hier een stuk duurder dan in de rest van Griekenland. Maar dat maakt niet uit, het is lekker. ‘s Middags maak ik weer de klim naar boven en wandel nu naar de andere kant van het schiereiland, midden door de olijfgaarden. Daar kijk je uit over de rotskust aan de westkant, erg mooi. Ik word wel opgeschrikt door een meter lange zwarte slang die over de weg kronkelt, maar hij schrikt gelukkig meer van mij dan ik van hem en kruipt gauw weg.
Dag 27 Katakolon – Kato Alissos 15 mei 83 km
Vandaag rijden we richting Patras via een vrij saaie weg met akkers en dorpen. Veel snelheidsbeperkingen hier, overal staan flitsers en we hebben een politiecontrole gezien. Dus wel oppassen. We gaan 2 nachten naar camping Kato Alissos, een eenvoudige, typisch Griekse camping, gerund door een aardige familie. We zijn hier al een paar keer eerder geweest. Het is niet druk, we vinden een prachtig plekje tussen de olijfbomen. Er is een kiezelstrand, een terras onder een 1000 jaar oude olijfboom, een restaurantje en mooi uitzicht op Patras en het vaste land van Griekenland, ook de grote brug is zichtbaar. Net zoals op de andere campings weer zwerfkatten, zodat we weer goed op onze Max moeten letten. Er is een heel lief, wit mager katje, die we eten geven en dus niet meer bij ons weg te slaan is. Met Max geeft dat gelukkig geen problemen.
Dag 28 Kato Alissos
Rustdag op de camping. Vroeg op en lekker koffie en ontbijt buiten in de zon. We doen wat klusjes, een wasje en voor de rest gewoon lekker relaxen. ‘s Avonds eten we in het restaurantje van de camping onze laatste Griekse moussaka, Griekse salade en saganaki met het prachtige uitzicht op zee en het Griekse vasteland. Door de vele wolkenpartijen een prachtig gezicht. Het eten is goed hier, de bediening heel vriendelijk en we krijgen een extra drankje van het huis.
Dag 29 Kato Alissos – Patras – bootreis 17 mei 33 km
Vandaag gaan we op de boot naar Italië, de Superfast II vertrekt om 18.00 uur, we moeten om 16.00 uur aanwezig zijn. We kunnen tot na de lunch op de camping blijven, lossen en laden nog even alles en gaan nog even boodschappen doen bij de Lidl in Patras. Om 14.30 uur kunnen we inchecken en naar de douane rijden, waar de camper goed wordt nagekeken. Ook worden alle vrachtwagens grondig doorzocht op illegale immigranten. Om 16.00 uur mogen we al aan boord en we krijgen een mooi plaatsje op het dek vlakbij een groot “open raam”, zodat we mooi zicht hebben op Patras en straks de zee. Om 18.00 uur bekijken we het vertrek uit Patras vanaf het helicopterdek. Prachtig zicht op de stad, de brug bij Rio en het berglandschap. Daarna volgen we vanuit de camper de reis langs het Griekse vasteland, alle eilandjes en later het schiereiland Lefkas. Dan volgt een mooie zonsondergang en een volle maan met weerschijn op de zee. Lekker vroeg gaan slapen, we hebben amper de tussenstop in Igoumenitsa gehoord.
Dag 30 Bari – Alberobello 18 mei 78 km
We hebben heerlijk geslapen. Om 09.30 uur meren we aan in Bari, vanaf het water gezien als een lelijke industriestad met veel hoogbouw, maar het centrum van Bari schijnt heel mooi te zijn. Bari slaan we over, we rijden zuidwaarts via hele slechte wegen naar Alberobello. We hoopten dat de wegen beter zouden zijn dan in Griekenland, maar helaas. Ook ligt er heel veel vuil langs de wegen. We overnachten op camperplaats Sosta nel Verde, vlakbij het centrum. Een leuke plek tussen de olijfbomen midden in het stadje. ‘s Middags wandelen we op ons gemak door het centrum, bekend vanwege de trulli, witte huisjes met een kegelvormig dak. In de 15/16e eeuw werden er huisjes gebouwd van alleen maar platte stenen, zonder cement. Dit zodat de huizen gauw uit elkaar gehaald konden worden om het betalen van belasting te vermijden. In de laatste eeuwen zijn de huisjes opgeknapt en verstevigd. Op veel daken staan christelijke, primitieve of magische symbolen, dit om het kwaad te weren. In het centrum in 2 wijken staan ongeveer 1000 trulli in de smalle straatjes. Veel trulli zijn nu winkeltjes, café’s of restaurantjes of worden als kamer verhuurd, maar er worden ook nog veel huisjes gewoon bewoond. Vanaf de camperplaats loop je zo naar de Sant’Antonio-kerk met zijn trulli-daken. Van daaraf daal je af door de straatjes met de vele souvenirwinkeltjes, dit is erg toeristisch, maar wel leuk. Dan kom je uit op een brede straat met allemaal terrasjes. Aan de overkant bevindt zich naast een kerk een uitzichtterras, daar heb je mooi overzicht op de stad met zijn trulli. Achter de kerk is nog een wijk met veel trulli. Hier is het niet zo toeristisch en dus veel rustiger. Veel trulli worden hier nog bewoond. Al met al erg leuk stadje! Ik ben ’s avonds nog even teruggegaan, was toen erg rustig, maar niet alle trulli waren verlicht.
Dag 31 Alberobello – Ostuni 19 mei 44 km
We rijden vandaag de mooie route door de vallei van Itria met zijn vele trulli in een landschap van akkers, olijfbomen en fruitbomen. Er staan nog heel veel originele trulli van grijze stenen zonder cement, maar de meeste zijn witgeschilderd en opgeknapt. Een prachtig gezicht. We maken een tussenstop in Locorotondo. Dit dorp bestaat uit smalle, kronkelige straatjes met wit geschilderde rechthoekige woningen met ijzeren balkonnetjes. Veel trapjes en bogen die de straatjes verbinden. Overal staan potten en bakken met bloemen en planten. Er zijn geen echte bezienswaardigheden, wel 2 mooie kerkjes, maar het is heerlijk dwalen door de mooie straatjes. Daarna willen we de trulli-route vervolgen naar Ostuni, maar Tomtom leidt ons via een andere route, jammer, maar later blijkt dit ook een mooie route te zijn via de S16. Aan weerszijden hiervan grote olijfplantages met hele oude bomen, te zien aan de brede knoestige stammen. Veel zware takken moeten ondersteund worden door stapels stenen. Hier vind je ook grote villa’s van de olijfboeren, masseria’s, die er schijnbaar goed geld mee verdienen. We naderen Ostuni, dat prachtig gelegen is op een heuvel. Onderaan bevindt zich een eenvoudige camperplaats, de Area Communale, waar we zullen overnachten. In de middag klimmen we omhoog naar het oude centrum. We komen uit op de Piazza della Liberta met een obelisk, de mooie Franciscus van Assisi-kerk, archeologische opgravingen en veel terrasjes. Van hier uit lopen de straatjes omhoog naar de kathedraal. Ook hier zijn veel huizen en straatjes witgeschilderd, ook met trappen en bogen in elkaar overlopend en met veel potten met bloemen en planten. Overal winkeltjes en kleine restaurantjes. De kathedraal lijkt van binnen sober, maar heeft mooie plafondschilderingen en heel veel soorten marmer. Boven hebben we een mooi uitzicht over de omgeving met de olijfbomen en in de verte de zee. Een leuke stad! Omdat we op een mixparking staan midden in de stad, vermaken we ons de rest van de dag door te kijken naar de Italianen, die op zijn zondags uitgedost de stad ingaan, en de vele zwerfkatten die op het terrein lopen. Die zien er goed uit en we merken ook dat er geregeld mensen eten komen brengen, gelukkig. Verder stoppen er regelmatig auto’s met mensen die met grote flessen en jerrycans water komen tappen uit de openbare kraan.
Dag 32 Ostuni -Trani 20 mei 125 km
We rijden richting kust en doen nog even boodschappen bij de Lidl in Fasano. Daarna via de autoweg langs de kust richting Bari. Dit is een agrarisch gebied met vooral olijfbomen en fruitbomen. Langs de kust liggen badplaatsen zoals Monopoli.
We gaan overnachten op de camperplaats in Trani, niet mooi, maar wel vlakbij het centrum. We worden erg vriendelijk ontvangen door de beheerders, die alleen maar Italiaans spreken maar hun uiterste best doen om alles uit te leggen en een plattegrond meegeven van de stad. ‘s Middags lopen we naar de stad waar we eerst langs het kasteel komen, dat op dit moment gerestaureerd wordt, maar erg mooi wordt. Daarnaast ligt de kathedraal, gebouwd in de 12e eeuw in Romaanse stijl. Hij bestaat eigenlijk uit 3 kerken. Het bovenste gedeelte is erg sober, zonder versieringen, maar met prachtige zuilen. De 2 kleinere ruimtes beneden hebben Byzantijnse zuilen, erg mooi. De kerk ligt op een mooi punt aan zee. Daarna wandelen we door de oude stad met een Joodse wijk en 4 synagogen en nog een aantal kerkjes en palazzi. Via de mooie boulevard langs de vissershaven en jachthaven met veel restaurantjes en terrasjes, lopen we naar het nieuwere gedeelte van de stad, ook met veel kerkjes en leuke pleintjes. Een erg leuke stad. ‘s Avonds maak ik nogmaals de wandeling, maar dan nog iets verder naar het einde van de boulevard, waar een mooi park is en een fort met uitzichtpunt. Van hier heb je een prachtig zicht op de hele stad.
Dag 33 Trani – Civitella Alfadena 21 mei 283 km
Even alles lossen en laden, waarbij we weer erg attent geholpen worden door de assistent van de beheerder, een klein dik mannetje dat erg trots zijn verzameling cactussen laat zien, die mooi in bloei staan en zijn grote schelpen, waarvan hij bloemstukjes maakt. Hij vertelt dat er net een terremoto was. We begrepen het niet, maar toen we het later opzochten, bleek het een aardbeving te zijn, 3.9 op de schaal van Richter, vlakbij in Barletta. We hebben er niets van gevoeld. Het is onze tweede aardbeving al deze reis!
We rijden richting Foggia via de autoweg, maar deze is in een vreselijke staat. Overal gaten en hobbels in de weg. Het is ook niet druk, ik denk dat iedereen de tolweg neemt, want het is geen rijden zo. Het gebied is vlak met veel wijngaarden en boomgaarden met perziken en abrikozen. Overal staan mooie bloemen langs de weg en velden met klaprozen. De SS17 van Foggia naar Campobasso is ook slecht, maar iets minder. Langzamerhand rijden we de beboste heuvels in met mooie dorpjes bovenop de toppen. Nog even brood halen in Campobasso en eten op een plekje langs de weg. Daarna rijden we het Nationaal Park de Abruzzen in, de bergen worden hoger. Jammer dat het bewolkt is. Via de Colle di Croce (1164 meter) dalen we af naar Barrea, met een prachtig uitzicht op het meer van Barrea met zijn grijs/groene water en het stadje wat tegen de heuvels is gelegen. We overnachten iets verderop aan het meer op een gratis (ma-vr) camperplaats bij een café/bar, waar we uitkijken over het meer. Dick gaat uitrusten van de vermoeiende rit en ik maak nog een wandeling langs het meer. Het is hier erg mooi. Tijdens de schemering zien we een aantal herten beneden ons bij het meer, prachtig!
Dag 34 Civitella Alfadena – Sant’Eufemia a Maiella 22 mei 141 km
Vandaag weer een rit door de prachtige bergen van de Abruzzen. Helaas is de weg via Scanno en de Sagittario-kloof afgesloten zodat we langs Opi en de 1400 meter hoge Diavolo-pas moeten. Niet erg, ook een hele mooie route. In dit Nationale Park leven nog wolven en beren en diverse keren komen we bordjes tegen met de waarschuwing de snelheid te verminderen i.v.m. overstekende beren. Het landschap is prachtig, de bergen zijn bebost en de velden staan vol met bloemen. Bij de daling vanaf de pas kijken we uit over een weidse vlakte met een lappendeken aan akkers en velden en daarachter de besneeuwde bergtoppen. Daarna rijden we naar Sulmona en via Pacentro naar Sant’Eufemia a Maiella, naar de camping. Maar ook hier weer een weg afgesloten, dus volgt weer een omweg via Cansano en Campo di Giove en later de 1282 meter hoge San Leonardo-pas. Ook weer een prachtige route door het Nationale Park della Maiella, alleen een erg slechte weg. Op camping Colle di Lupi worden we zeer hartelijk ontvangen door een ouder echtpaar, hij Italiaans, zij Amerikaans. Ze geven veel informatie en willen helpen met van alles, ze bieden koffie of wijn aan en willen je zelfs wegbrengen naar een 5 km verderop gelegen restaurant en weer ophalen. Erg lief. Ik krijg informatie over een mooie wandeling naar het 2 km verderop gelegen Middeleeuws dorp Roccacaramanico. Inderdaad prachtig, maar wel voortdurend klimmen. Bossen, beekjes, watervalletjes en stilte. In de verte de besneeuwde bergen en velden met bloemen. Het dorpje valt wat tegen, maar ligt prachtig tegen de berg en heeft mooi uitzicht over de omgeving. De wandeling terug naar beneden gaat een stuk makkelijker!
Dag 35 Sant’Eufemia a Maiella – Ascoli Piceno 23 mei 224 km
We lossen en laden alles, nemen afscheid van de aardige eigenaresse en rijden weer een mooie route door de Abruzzen. We passeren l’Aquila, waar nog steeds tientallen bouwkranen te zien zijn, die de huizen renoveren die tijdens de aardbeving van 2009 zijn verwoest. De historische monumenten zijn wel al opgebouwd en gerestaureerd, de bewoners moeten nog steeds wachten. Daarna gaat het via de SS4 door de bergen, maar helaas is het gaan regenen, waardoor het uitzicht niet zo mooi is. We passeren enkele dorpen (o.a. Aquasanta Terme) met veel ingestorte huizen, getroffen door de aardbeving van 2016. Het epicentrum lag bij het vlakbij gelegen Amatrice, waar 267 mensen omkwamen. We overnachten op camperplaats Seminario in Ascoli Piceno, een schitterend Middeleeuws stadje gelegen tussen 2 rivieren in een mooi berglandschap. Het is slechts 200 meter lopen naar het centrum, wat bestaat uit prachtige palazzi, tientallen oude kerkjes en leuke pleintjes. Er zijn nog Romeinse resten van een theater, stadspoort en stadsmuur. De meeste gebouwen zijn prachtig gerestaureerd, maar veel huizen in de smalle straatjes kunnen nog een opknapbeurt gebruiken. In de kathedraal zijn nog veel Byzantijnse kenmerken te vinden, zoals mozaïeken en mooie marmeren zuilen in de crypte. Het Piazza del Popolo is prachtig met zijn arcaden, palazzo, kerk en veel terrasjes. In het voetgangersgebied chique en hippe winkeltjes. Wat een leuk stadje! ‘s Avonds ga ik nog even terug omdat ik nog niet alles gezien had en maak nog een rondje. De passeggiata is begonnen en de Italianen wandelen rond of nemen een drankje op een terrasje, een gezellige drukte.
Dag 36 Ascoli Piceno – San Marino 24 mei 233 km
Om op te schieten, we moeten immers eens naar huis, nemen we vandaag de autobaan. De weg is een verademing na al die slechte wegen van de afgelopen tijd. De tol is niet zo duur, voor ongeveer 200 km betalen we € 13,00. Voor de middag komen we aan op de camping in Borgho Maggiore, een dorp in het dwergstaatje San Marino. Een mooie camping met een leuk restaurant, waar we op het terras lekker gaan lunchen. Ik doe nog even een wasje, en daarna nemen we de bus naar San Marino stad. Tickets à € 1,00 per enkele reis bij de receptie. Via kronkelende wegen scheurt de bus naar boven, de stad ligt op 756 meter hoogte. We wandelen rond in het mooie historische centrum, wel veel klimmen en dalen en bekijken het uitzicht op de mooie heuvelachtige omgeving met in de verte Rimini en de Adriatische zee. Er zijn erg veel souvenirwinkeltjes met drank, parfum, sieraden, leer en ook wapens. Een gezellig stadje, waar we al vaker waren. Helaas komen er donkere wolken en begint het te gieten. Daar zijn we niet op gekleed, niemand niet, het was juist zo warm en zonnig. We nemen de bus terug en zien dat het op de camping nog droog en zonnig is en we kunnen tot laat in de avond buiten zitten.
Dag 37 San Marino – Chioggia 25 mei 185 km
Maar weer een stuk autobaan en daarna binnendoor richting Ravenna (mooi centrum met Byzantijnse kerkjes en gezellig centrum,waren we al eerder) en daarna door het vlakke lagune-gebied ten zuiden van Venetië. In een van de meertjes zien we flamingo’s, het gebied is bekend vanwege de vele vogelsoorten. We passeren een aantal kanaaltjes, waar de typische vissershuisjes boven het water zijn gebouwd met hijsinstallaties waaraan een groot net hangt. We maken een stop op de camperplaats in Comacchio (gratis overnachting), gelegen aan een lagune, dat bekend staat om zijn palingvangst. We doen eerst even boodschappen bij de ernaast gelegen Coop en eten wat. Daarna een rondwandeling door het dorp, dat ook klein-Venetië wordt genoemd. Er zijn inderdaad een paar kanalen, veel bruggetjes en enkele mooie gebouwen. Langs de kanalen gezellige terrasjes. Een leuk dorpje, maar je bent er ook zo uitgekeken. Wel kan je hele mooie fietstochten maken in de omgeving en zijn de stranden dichtbij. We rijden verder naar Chioggia, via de Po-delta, naar de camperplaats bij de Arena. Deze ligt vlakbij de boulevard van Sottomarina met zijn kermisattracties, restaurantjes en stranden. Het is ongeveer anderhalve kilometer lopen naar Chioggia, wat bestaat uit diverse eilandjes, verbonden door bruggen. Ook dit stadje wordt klein-Venetië genoemd. Langs de kanalen enkele mooie palazzi en kerkjes, net zoals langs de Corso del Popolo, de brede hoofdstraat met allemaal restaurantjes. Verder is er een grote vissershaven en jachthaven, waar je tripjes kan boeken naar Venetië of een tocht door de lagunes kan maken. Een leuk stadje.
Dag 38 Chioggia – Dobbiacco 26 mei 224 km
Nog even een stukje door het lagunegebied van Venetië en daarna een stuk autobaan tot Belluna, door een vlak gebied met uitgestrekte wijngaarden en velden met klaprozen. Daarna begint de prachtige route door de Dolomieten met zijn besneeuwde toppen en leuke dorpjes. We overnachten vandaag op de camping aan het meer van Dobbiacco of in het Duits de Toblacher See, het gebied is immers tweetalig, was vroeger van Oostenrijk. Het weer is wat bewolkt en het is fris, maar we maken toch de mooie wandeling rondom het meer. Een mooi plaatje, het water in diverse groentinten, de besneeuwde pieken van de Dolomieten op de achtergrond en aan de andere kant de groene hellingen met daaronder de camping. Later komt de zon tevoorschijn en maak ik nog een tweede rondje. Er zijn ook veel andere wandel- en fietstochten mogelijk in de omgeving, we waren hier al eens eerder. Het stadje ligt op 3 km. ‘s Avonds eten we in het restaurant van de camping met mooi uitzicht over het meer. Een prima restaurant waar we lekkere pizza, schnitzel en ijs eten, heerlijk.
Dag 39 Dobbiaco – Nesselwang 27 mei 268 km
Het was koud vannacht, maar we zaten dan ook op 1286 meter hoogte. Het is zwaar bewolkt en af en toe wat regen, jammer. Het is altijd veel mooier om de route door de Dolomieten, Brennerpas en Fernpas te rijden met een zonnetje erbij. Maar we verliezen zoveel tijd door de drukte op de weg door de Dolomieten naar Fortezza en we hebben deze route al zo vaak gereden, dat we besluiten om maar de autobaan te nemen i.p.v. de oude Brennerpas en de route binnendoor door het Inntal. We kopen een vignet à € 9,20 en betalen de tol voor de Brennerpas à € 9,50 en zijn door het trage vrachtverkeer op de Fernpas pas rond 16.00 uur in Nesselwang op de camperplaats aan de voet van de Alpspitze. Mooie plek op 890 meter hoogte met uitzicht op de bergen en de liften. We doen eerst nog een paar boodschappen bij de Aldi en omdat het droog is en 16.30 uur, loop ik naar de liften om te vragen of ik nog naar boven kan. Tot het middenstation kan het nog net, hoger niet. Ik betaal € 7,50 voor een enkeltje en ga naar beneden lopen, ongeveer 40 minuten. Het rechtstreekse weggetje naar beneden is steil maar biedt prachtig uitzicht op het dorp en de omgeving, maar is toch wat saai. Na 150 meter zie ik een wegwijzer ook naar het dorp met de toevoeging waterval, deze is 10 minuten langer. Blij dat ik dit gedaan heb, een prachtig smal pad door de bossen tot aan een riviertje met veel watervalletjes. Daarna gaat het pad langs dit riviertje, mooi aangelegd met veel trappen en prachtig uitzicht. Verderop grotere watervallen. Wat is het hier mooi! We zijn hier al vaker geweest, maar iedere keer heeft het geregend, zodat we dit nog niet eerder gedaan hebben. Het pad eindigt vlakbij de camperplaats. Er zijn nog veel meer wandelingen te maken. Dat is voor de volgende keer.
Dag 40 Nesselwang – Marktheidenfeld 28 mei 324 km
Het heeft de hele nacht geregend, maar hoe verder we naar het noorden gaan, hoe meer het opklaart. De bedoeling is om in Würzburg te overnachten, maar als we daar aankomen zien we dat het grote deel van de parkeerplaats wordt ingenomen door tenten i.v.m. het Afrika-festival. De parkeerplaats ernaast is overvol en een aantal campers voor ons draaien al om terug te gaan. Helaas. Ik zie een bordje met Marktheidenfeld, die camperplaats kennen we, dus we rijden daar maar naar toe. Een leuk dorpje aan de Main met terrasjes en restaurantjes langs de rivier en in enkele leuke straatjes met vakwerkhuizen. Tussen de buien door maken we een wandeling. Langs de Main zijn mooie wandel-en fietspaden.
Dag 41 Marktheidenfeld – Rüdesheim 29 mei 141 km
We willen vroeg aankomen op de camping in Rüdesheim i.v.m. de drukte voor het Hemelvaartweekend. We krijgen een mooi plekje en later zal alles helemaal vollopen, net zoals op alle campings en camperplaatsen langs de Rijn. We komen hier ieder jaar wel een keer, een mooie camping, wel duur, maar als afsluiting van onze vakanties altijd de moeite waard. ‘s Middags lopen we via de mooie Rijnpromenade met mooie platanen en ontzettend veel ganzen, naar het dorp, ongeveer anderhalve kilometer. We nemen een lekkere ijssorbet op een van de terrasjes en genieten van de zon, die eindelijk tevoorschijn is gekomen. Het is wel een erg toeristisch dorp, maar wel gezellig. Druk vanwege alle mensen van de vele passagiersboten die hier voor een dag of halve dag aanleggen. ‘s Avonds gaan we nog een keer terug om te gaan eten in de Biergarten van hotel Lindenwirt, altijd gezellig met live-muziek.
Dag 42 Rüdesheim 30 mei
We blijven hier nog een dag, eerst lekker buiten zitten en daarna weer een wandeling naar het dorp. We kopen een cadeautje voor onze kleinzoon en gaan daarna eten op het terras van het Park-hotel aan de Rijnboulevard. Onder het genot van een lekkere schnitzel en een ijssorbet (Himbeeren Traum, aan te bevelen!) bekijken we de stroom mensen die voorbijloopt, de boten op het water en de vele treinen die langskomen. ‘s Avonds eten we in de camper en gaan nog een keer terug naar Lindenwirt voor enkele drankjes en leuke muziek.
Dag 43 Rüdesheim – Boxtel 31 mei 330 km
We moeten nu echt naar huis. Het was een prachtige reis van 6 weken waarin we zoveel moois hebben gezien. Van onbekende plekjes in Slovenië, Kroatië, Bosnië, Montenegro en Albanië tot een aantal bekende plekjes in Griekenland, waar we al zo vaak waren. Zuid-Italië was voor ons nieuw, daar hebben we ook prachtige stadjes bezocht en door de mooie bergen van de Abruzzen gereden. We vonden Italië erg hectisch na de rust van Griekenland, bovendien waren de wegen in Italië erbarmelijk slecht. Het was een reis met tegenstellingen, maar daardoor juist zo interessant. We hebben genoten. Totaal aantal kilometers: 6850.
Wat was het een mooie reis, ik heb genoten van je schrijven en foto,s. In één woord geweldig.
Bedankt dat we mee mochten genieten.
Warme groet
Marion vermue. Heinkenszand.
Beste Dick en Carla,
Mooie site, hoor! Zeer informatief en goede foto’s. We hebben nog geen vaste plannen voor het najaar, maar jullie reis naar Griekenland ziet er zeer interessant uit en wij zullen jullie verslag zeker lezen. Ik maak zelf zeer beperkte verslagen op onze site. De nadruk ligt bij ons op de foto’s. Hoewel ik wel een gedetailleerd, met de hand geschreven, logboek bij hou en kleine fotoprintjes er bij plak.
Ik ga ook beslist jullie andere verslagen bekijken.
Prettig weekend en veel reisplezier!
Adriaan van den Bos
Heel heel erg mooi gedaan .
Hier hebben wij wat aan .Dit gaan we ook doen .
We hebben net een nieuwe camper gekocht Carthago 141 LE en willen van alles zien en beleven.
Nogmaals bedankt en ga door met deze verslagen.
Vriendelijke groet Willem en Gre Scheper.
Een heel duidelijk en mooi reisverslag! En met prachtige foto’s. Wij willen volgend voorjaar deze reis gaan maken met onze camper! We waren ons een beetje aan het oriënteren, maar dit lijkt ons een prachtige route. Bedankt hiervoor!
Met vriendelijke groet Jacob en Lieneke Reitsma.